Op de basisschool was ik één van de besten van de klas. Ik
kon goed leren. Alleen mijn
rekencapaciteiten lieten wel eens te wensen over. Nee, een rekenwonder was ik
niet. Nog steeds niet trouwens. Ik kan de uitvinder van de rekenmachine wel
zoenen! Alles reken ik daar mee uit en vind het ook super handig dat die dingen
tegenwoordig standaard in een mobiele telefoon zitten. Zo heb ik altijd een
rekenmachine bij de hand. Voor potjes yahtzee bijvoorbeeld. Dat dobbelspel konden
mijn medecliënten en ik urenlang spelen op de afdeling toen ik was opgenomen.
Maar goed, school… Ook de middelbare school ging goed. Ik
heb wiskunde en alle andere exacte vakken zo snel mogelijk laten vallen, zodra
dat kon. Ik heb nooit echt veel hoeven doen om mijn Havodiploma te kunnen halen.
Ik ging een HBO opleiding doen en koos eerst voor
maatschappelijk werk en dienstverlening. Ik kwam er al heel snel achter dat dit
niets voor mij was met alle rollenspellen die daar bij hoorden. Verschrikkelijk
vond ik dat en was dan ook vaker niet dan wel op school te vinden. Na een jaar
heb ik dan ook besloten om met deze opleiding te stoppen.
Ik koos toen voor HBO Verpleegkunde. Ik had al wat ervaring
in de zorg met mijn bijbaantje in een verpleeghuis en ik dacht dat dit wel een
opleiding zou zijn die aan kon sluiten bij wat ik nu echt wilde. Het eerste
jaar ging goed. Ik haalde weliswaar niet in één keer mijn propedeuse door een
rekentoets waarbij je geen fouten bij mocht hebben, maar die heb ik in het
tweede jaar alsnog gehaald. De studiepunten stroomden binnen. Bij de
voortgangstoetsen die een aantal keer per jaar werden afgenomen, bleek dat ik hetzelfde niveau had als iemand die in het
vierde jaar van de opleiding zat. In die
tijd leerde we ook wat het syndroom van Asperger inhield. Omdat ik daar zoveel
van mezelf in herkende, ben ik daarmee naar de schoolpsycholoog gegaan. Die
vertelde me dat ik absoluut geen Asperger kon hebben omdat ik een vriend had en
een sociale opleiding deed. Daar heb ik het dan ook maar bij gelaten.
In de tweede helft van het tweede jaar van de opleiding
moesten we stage gaan lopen. En toen begon de ellende. Mijn droom was altijd om
als verpleegkundige in de psychiatrie te gaan werken. Ik vroeg dan ook een
stageplaats in de psychiatrie aan, maar die heb ik niet gekregen. Als je in die
tijd tegen mij gezegd zou hebben dat ik een aantal jaren later wel degelijk in
de psychiatrie zou zitten, maar dan als cliënt, dan had ik je recht in je
gezicht uitgelachen… Mijn stage was in
een verpleeghuis op een psychogeriatrische afdeling, oftewel een afdeling met
dementerende ouderen. Het werk op zich ging goed. De basiszorg had ik zo onder
de knie. Het waren de overstijgende vakken waar het op mis liep. Er wordt van
je verwacht dat je leiding kunt geven, je bezig houdt met beleid en dat soort
zaken. En dat lukte mij niet. Ik zakte
daarom ook als een baksteen voor mijn stage en besloot daarom te stoppen
met deze opleiding.
Ik besloot om twee niveaus omlaag te gaan en de opleiding tot
verzorgende IG te gaan doen. Vanwege mijn twee jaar op de HBO V, kreeg ik
zoveel vrijstellingen dat ik de theorie van deze opleiding al helemaal had
afgerond. Toch liep het mis. Op de afdelingen die ik werkte, kon ik geen
overzicht houden. Door de druk in de zorg, moest er snel gewerkt worden en ik
kon niet snel werken. Als ik snel werkte, maakte ik fouten. Ik kon geen
prioriteiten stellen, en plannen was al helemaal een ramp. Zo kwam ik al snel
in de knoei met de praktijkopdrachten die ik voor school moest doen. Tot drie
keer toe heb ik deze opleiding geprobeerd. De laatste keer met daarnaast de
zorg van mijn zoon die nog geen jaar oud was. Toen het de laatste keer ook niet
lukte, ben ik met een burn-out in de ziektewet terecht gekomen.
Toen ben ik naar de huisarts gestapt met de gedachte die al
die jaren in mijn hoofd was blijven hangen, de gedachte dat ik misschien toch
wel Asperger had. De huisarts stuurde me door naar de GGZ en na maandenlang
vooral wachten op onderzoeken en daarna nog eens wachten op de uitslag, werd ik
toch gediagnosticeerd met het syndroom van Asperger. Eindelijk duidelijkheid.
Er vielen zoveel puzzelstukjes op hun plek. Ik was niet lui, het lag niet aan
gebrek aan initiatief, het kwam door de Asperger dat ik al die tijd stuk liep op
al mijn opleidingen.
Van het UWV moest ik wel gaan re-integreren. Via hen kwam ik
bij een re-integratiebureau terecht wat was gespecialiseerd in mensen met
autisme. Het re-integratiebureau en MEE hebben ervoor gezorgd dat ik een wajong-uitkering
kreeg. Bij dat re-integratiebureau heb ik zelfs nog een tijdje gewerkt op
kantoor. Ik hield me daar bezig met de sociale media. Uiteindelijk moest ik
hier ook mee stoppen vanwege de frequente opnames die ik heb gehad.
En toen… Een hele tijd niets. Totdat ik deze week twee
vrijwilligersovereenkomsten heb mogen ondertekenen. Ik ben er blij mee!
Eindelijk kan ik mezelf weer eens nuttig maken. En nu is iedereen op de hoogte
van de beperkingen die ik heb en wordt daar rekening mee gehouden. Ik heb er
vertrouwen in dat het helemaal goed gaat komen.